1 Welke van mijn kwaliteiten maken dat de opleiding bij mij past? 

- Ik ga geordend te werk

- Ik heb een groot verantwoordelijkheidsgevoel

- Ik ben communicatief vaardig

 

2 Welke onderdelen in de studie passen minder bij me?

Het komt voor mij zelf niet als verrassing dat de sales en financieel accountability vakken mij minder liggen. Ik heb altijd al moeite gehad met cijfertjes, dit is ook de reden dat ik economie meteen uit mijn vakkenpakket liet vallen op de HAVO toen ik de kans kreeg. Na mijn HAVO heb ik op de VAVO nog geprobeerd mijn pakket te verbreden door alsnog de vakken economie en management & organisatie te gaan volgen, maar ook toen lukte mij dit niet. Deze studie durfde ik aan omdat ik hoorde dat het vooral marketing gericht zou zijn. Drie keer is scheepsrecht…?

 

3 Welke feedback heb ik gekregen van mijn medestudenten? 

Mijn klasgenoten vinden mij over het algemeen prettig om mee samen te werken, ik neem veel verantwoordelijkheid en initiatief en mijn klasgenoten merken dit ook. Zo vinden zij het fijn dat ze niet achter mij aan hoeven te zitten voor een deadline bijvoorbeeld. Verder heb ik al wel een aantal keer te horen gekregen dat ik wat langzaam te werk kan gaan, of te lang bij één onderdeel blijf hangen.

 

4 Wat vind ik leuk? Wat wil ik? 

Ik vond het vak Consumenten psychologie heel interessant, ik heb dan ook interesse om mij later nog meer te verdiepen in psychologie en neuromarketing. Het vak product en waarde creatie vond ik vorige periode ook erg leuk. Hier kreeg ik ook meer de kant om betrokken te zijn bij het productieproces en hier mijn creativiteit op los te laten. Ik merk dat ik die creatieve outlet soms mis, het is natuurlijk veel theorie en dat is soms nog steeds even wennen als ik het vergelijk met mijn vorige opleiding.

 

5 Welke feedback heb ik gekregen van mijn docenten?

Mijn docenten zien mij als gemotiveerde student. De docenten vinden mij over het algemeen kritisch. Bij salestraining, een van de vakken die mij wat minder ligt, kreeg ik van Rob Jaspars te horen dat ik mij minder moet laten (af)leiden door het feit dat hij mee kijkt. Ik sla volkomen dicht zodra ik merk dat hij met mijn gesprek mee kijkt om feedback te geven.

 

6 Wat heb ik met deze feedback gedaan?

Een groot deel van mijn ontwikkelingen heeft te maken mijn faalangst, hier heb ik al mijn hele leven last van. Ik verwachtte dan ook niet dat ik hier in 1 jaar vanaf zou komen. Ik probeer een positievere houding te hebben naar mijzelf en anderen toe, ik hoop hierdoor meer zelfwaardering te creëren. Ik probeer minder werk op me te nemen en mijn klasgenoten meer te vertrouwen. Ik kan niet alles zelf doen, dus dat moet ik loslaten.

 

7 Hoe ben ik veranderd dit jaar?

Ik denk dat ik in dit jaar niet veel veranderd ben. Ik heb natuurlijk al wat meer levenservaring dan sommige klasgenoten (ik word bijna VIJFENTWINTIG). Ik weet wie ik ben als persoon en wat ik belangrijk vind in het leven. Ik heb mij gedurende mijn vorige studie al flink ontwikkelt, die ontwikkeling zal ook altijd door gaan, ik heb nog genoeg te leren. Maar ik kan die veranderingen van dit jaar niet zo snel zien.

 

8 Wat zie ik als mijn kwaliteiten? Welke voorbeelden kan ik hiervan geven?

Ik kan goed communiceren. Bijvoorbeeld op momenten dat ik door mijn ziekte niet naar school kon, dan heb ik dit tijdig laten weten aan zowel docenten als groepsgenoten. Ik ben goed bereikbaar, ook buiten de lessen om. Ik vind het belangrijk dat alles bespreekbaar gemaakt kan worden, dus ik probeer mensen op hun gemak te stellen.

 

Ik neem snel een sturende of leidende rol op me. Dit is te zien bij groepsprojecten, ik ben meestal de eerste die de groepsleider wel wil zijn. Ik noteer uit mijzelf alles wat besproken wordt in een bijeenkomst en probeer in te spelen op iedereens persoonlijke kwaliteiten en zo de rollen te verdelen.

​

9 Welke vaardigheden wil ik ontwikkelen? Hoe ga ik dit aanpakken? 

Ondanks dat ik wel snel een sturende rol op mij neem, vind ik het soms moeilijk om te delegeren. Ik heb een groot verantwoordelijkheidsgevoel en gecombineerd met mijn faalangst resulteert dit erin dat ik het liefst alle taken zelf uitvoer en tot een goed einde breng. Dit is echter niet mogelijk en niet eerlijk tegen over mijn groepsgenoten. Ik wil hier aan werken door niet die leidende rol te pakken en juist af te wachten. Iemand anders kan dan de taken verdelen, dan ga ik alleen met dat geen aan de slag wat van mij verwacht wordt. Ook wil ik meer op school werken, als ik thuis werk ga ik al snel te lang door met één onderdeel en ga ik extra werk verrichten.